donderdag 11 september 2008

VN staat achter groei van het leger van Afghanistan

De leider van de UNAMA-missie in Afghanistan heeft woensdag het besluit tot een groter Afghaans leger verwelkomd. De regering van Afghanistan juichte de komst van extra buitenlandse soldaten naar het land toe.

Kai Eide, de UNAMA-chef, noemde de groei van het Afghaanse leger “een belangrijke stap richting het aanvaarden van de verantwoordelijkheid voor de veiligheidssituatie in Afghanistan.

Het beleid van de buitenlanders is gericht op “Afghaniseren”, waarmee wordt bedoeld dat het land zoveel mogelijk op eigen benen leert staan.

De zogenoemde Joint Coordination and Monitoring Board (JCMB) die in 2006 is opgezet om een vijfjarenplan tot uitvoer te brengen dat bekend staat als het “Afghanistan Compact” stemde in het leger te laten groeien tot 134.000 personeelsleden.

Kai Eide noemde het volgens een verklaring die door de VN werd uitgegeven“een grote stap voorwaarts richting de overname door de Afghaanse autoriteiten voor de verantwoordelijkheid voor de veiligheid in het land.

De “Board” bestaat uit hoge Afghaanse ministers en vertegenwoordigers van de internationale gemeenschap.

Er zijn ook rapporten bekendgemaakt over de voorbereidingen voor de verkiezingen in 2009 in Afghanistan en een nieuw orgaan dat corruptie tegen moet gaan. Dit is de “High Office of Oversight”.

Er werd tevens een hernieuwde oproep geplaatst aan de internationale gemeenschap om 404 miljoen dollar bijeen te brengen om ongeveer 4,5 miljoen Afghanen te helpen die in de problemen zijn gekomen door de stijging van de voedselprijzen en de slechte oogst door de droogte.

De “Board” verwelkomde ook het voorstel van de Afghaanse regering voor de Afghanistan National Development Strategy (ANDS), een vijfjarenplan dat tijdens de conferentie van Parijs in juni werd gepresenteerd. Hier zegden tientallen hun steun toe aan het noodlijdende land.

Dit plan moet de armoede in het land aanpakken en een impuls geven aan de economische situatie van het land. Eide zei dat er “haast bij geboden is”.

De regering Afghanistan juicht intussen ook de komst van extra Amerikaanse troepen toe
Regering Afghanistan juicht komst extra Amerikanen toe

zondag 24 augustus 2008

Jalandar Shah Behnam ontslagen als generaal westelijke troepen in Afghanistan

President Hamid Karzai heeft naar aanleiding van de burgerdoden bij een bombardement van vrijdag in het district Shindand in de westelijke provincie Herat twee officieren ontslagen.

Het gaat om generaal Jalandar Shah Behnam, de bevelhebber van het legerkorps dat in het westen van het land is gestationeerd, en een commandant van de commando’s, majoor Abdul Jabar.

De twee officieren wordt “nalatigheid” en het “achterhouden van informatie” verweten en ze moeten zich melden in de hoofdstad Kabul voor nader onderzoek.

Bij de aanval van Amerikaanse soldaten die gepaard ging met bombardementen vanuit de lucht op het dorp Azizabad in het zuiden van het district Shindand werden volgens de Afghaanse autoriteiten 90 burgers gedood.

Zie ook
Woede in Afghanistan over 90 burgerdoden door Amerikaanse aanval op Azizabad in Shindand

zaterdag 26 juli 2008

“Afghaanse soldaten corrupt en verslaafd aan heroïne”

De militairen van het leger van Afghanistan “zijn corrupt en verslaafd aan heroïne”. Dat heeft een Afghaanse arts uit de provincie Uruzgan verklaard. “Ze zijn dieven en stelen mobiele telefoons”.

De bevolking haat de militairen, en ze zouden liever hebben dat de buitenlandse troepen blijven.
Volgens de arts is de politie “van hetzelfde laken een pak”.

Dit verklaarde de arts aan Volkskrant-verslaggeefster Deedee Derksen die een bezoek bracht aan de Baluchi-vallei in de provincie Uruzgan.

De beweringen van de arts komen overeen met wat Nederlandse soldaten al eerder verklaarden: “De Afghaanse soldaten strijden stoont, en tijdens een gevechtspauze roken ze een flinke joint”.

Dat dit dan een joint is met heroïne is des te zorgelijker?

Rustiger
In de Baluchi-vallei zou het nu wel rustiger zijn geworden dan een poosje terug, toen de Nederlandse troepen vrijwel niet naar Chora konden reizen zonder te moeten vechten.

De Nederlandse commandant van de Task Force Uruzgan, kolonel Richard van Harskamp, vertelde aan de verslaggeefster dat de Taliban nu niet meer de dienst uitmaken in het gebied. De weg door de Baluchi-vallei was een belangrijke doorvoerroute van wapens, drugs en strijders voor de Taliban.

In het gebied hebben de ISAF en het Afghaanse leger successen geboekt, aldus de kolonel, en “in plaats van Taliban staan er nu Australische militairen op de uitkijk op de hoge bergkammen langs de weg”.

Momenteel leiden Nederlandse soldaten de Afghaanse soldaten op. Het is de bedoeling dat als de Nederlanders in de loop van 2010 vertrekken, de Afghanen zelf voor de veiligheid gaan zorgen. Wat de Australiërs in 2010 gaan doen is niet helemaal duidelijk.

Toen Nederland eind 2007 op het punt stond een besluit te nemen over het al dan niet verlengen van het mandaat, zei Australië “Nederland niet te kunnen missen”. Anderzijds heeft Australië gezegd “zo lang in Afghanistan te blijven als dat nodig is”.

woensdag 16 juli 2008

Leger Afghanistan niet in staat om taken in Uruzgan over te nemen

Het Afghaanse leger zal in 2010 nog niet klaar zijn om zelfstandig de situatie in de zuidelijke provincie Uruzgan in de hand te houden.

vrijdag 4 juli 2008

Leegloop binnen het leger van Afghanistan

Uit officiële Canadese documenten blijkt dat een op de vijf militairen in Afghanistan het leger verlaat. Dat meldt vrijdag het persbureau The Canadian Press dat gebruik heeft gemaakt van het recht op informatie om stukken in te zien.

Papieren van het Canadese ministerie van Defensie die in mei 2007 zijn opgesteld zeggen dat tussen de 10 en 20 procent van de Afghanen die de militaire training hebben gevolgd het leger verlaten.

Canada hoopt juist Afghanistan zelf de leiding gaat nemen in het door oorlog geteisterde land.

De stukken kwamen in bezit van The Canadian Press door een beroep te doen op de Wet op Toegankelijkheid van Informatie.

Volgens de cijfers is de uitval seizoensgebonden. Meer soldaten verlaten in de winter het leger.

De absentie van Afghaanse soldaten wordt vaak beschreven als “tijdelijk”, omdat ze naar andere delen van het land gaan voor verlof of om geld naar hun families te brengen.

Dit zijn ook argumenten die de Nederlandse ministers gebruiken die verantwoordelijk zijn voor de Nederlandse hulp bij de opbouw van het leger van Afghanistan.

De afgelopen maanden is het aantal Canadese slachtoffers in Afghanistan afgenomen. Dit wordt toegeschreven aan het feit dat de rol van Canada verandert.

De Canadezen ondersteunen nu meer en de Afghanen voeren hun eigen operaties uit tegen de militanten.

Deskundigen zeggen wel dat Canada en haar NAVO-bondgenoten ongerust kunnen zijn over het uit de krijgsmacht treden van Afghanen, omdat de strategie erop is gericht dat Afghanistan voor haareigen veiligheid gaat zorgen in de toekomst.

Mentor
Het ministerie van Defensie van Canada is de mentor van vijf Afghaanse legerbataljons, die “kandaks” worden genoemd. Elke kandak bestaat uit ongeveer 650 militairen. Ze worden begeleid door de zogenoemde “Operational Mentoring and Liaison Teams” (OMLT).

De aanwezigheid van het Afghaanse leger in de gewelddadige provincie Kandahar, waar Canada het Provinciaal Reconstructie Team van de International Security Assistance Force (ISAF) leidt, is wel sinds 2006 toen Canada daar aan de slag ging verdrievoudigd.

Er wordt gezegd dat er nu twee kandaks volledig operationeel inzetbaar zijn.

De nieuwe stafchef van het Canadese leger, generaal Walter Natynczyk, zei deze week dat er “grote vooruitgang wordt geboekt met het leger van Afghanistan”, ondanks dat hij toegaf dat er nog veel werk is te doen.

Afgelopen mei maakte het Afghaanse ministerie van Defensie bekend dat er nu 76,665 soldaten en officieren zijn. Vorig jaar werd vastgesteld dat er 200.000 troepen nodig zijn om de binnenlandse veiligheid te waarborgen, en een serieuze dreiging van buitenaf af te kunnen wenden.

Deskundigen zeggen ook dat de Canadezen langer in Afghanistan kunnen moeten blijven dan de verwachte terugtrekking in 2011 als de uitvalcijfers te hoog zijn.

Het persbureau meldt dat er niemand van het ministerie van Defensie bereikbaar was voor direct commentaar.

Een voormalige Canadese kolonel die analist is bij de Conference of Defence Associations vertelede aan het persbureau dat de uitval in het leger van Canada op ongeveer vijf tot 8 procent ligt.

Ottawa leidt het Provinciaal Reconstructie Team van de ISAF in de zuidelijke provincie Kandahar die bekend staat als een bolwerk van de Taliban. Het was de eerste stad in Afghanistan die in 1994 onder controle kwam van de fundamentalistische moslimbeweging.

Canada heeft ongeveer 2.500 soldaten in Afghanistan gestationeerd. Het grootste deel daarvan bevindt zich in de zuidelijke provincie. In Afghanistan zijn 85 Canadese soldaten omgekomen en een diplomaat.

vrijdag 23 mei 2008

“Leger Afghanistan snel zelfstandig”

Het leger van Afghanistan (ANA) kan begin volgend jaar het grootste deel van de militaire operaties leiden. Dat heeft de Amerikaanse generaal-majoor Robert W. Cone donderdag gezegd. Het ontbreekt de Afghanen nog wel aan een sterke luchtmacht.

Cone leidt het Combined Security Transition Command-Afghanistan (CSTC-A) dat verantwoordelijk is voor de training van Afghaanse veiligheidsdiensten.

Begin 2009 wil de Afghaanse overheid beschikken over 80.000 getrainde manschappen om meer taken van de NAVO-landen over te nemen. Momenteel zou Afghanistan beschikken over 57.000 soldaten, aldus de generaal.

Onlangs maakte het Afghaanse ministerie van Defensie bekend dat het over 76.000 troepen beschikt.

Cone, die een persconferentie gaf tijdens een bezoek aan het NAVO-hoofdkwartier in Brussel, denkt dat de Afghanen de meeste operaties zelf gaan leiden en mogelijk wel allemaal. Dit zal de taken van de International Security Assistance Force (ISAF) aanzienlijk verlichten.

De ISAF bestaat momenteel uit ongeveer 50.000 soldaten, maar commandanten vragen nog 10.000 tot 15.000 extra manschappen en volgens deskundigen is ook dat niet voldoende.

De NAVO steunt de Afghaanse regering, die als zwak wordt aangemerkt, om meer macht te krijgen in het land.

Cone zei dat het Afghaanse leger in de eerste maanden van dit jaar ongeveer de helft van de 180 gezamenlijke operaties heeft geleid.

Luchtsteun
De Afghanen blijven echter een gebrek aan luchtsteun houden. Het kan nog wel vijf jaar duren volgens Cone dat ze hun eigen luchtoperaties uit gaan voeren.

Het moeilijkste is volgens hem het afwerpen van bommen vanuit de lucht. Hiervoor is een goede training nodig, maar Cone denkt dat de Afghanen daar in 2013 klaar voor zijn. Tot die tijd zullen ze zwaar moeten leunen op de buitenlandse luchtmachten.

In maart riep de Afghaanse minister van defensie Abdul Rahim Wardak de NAVO op om te helpen om de Afghaanse luchtmacht op te bouwen, zodat zijn leger meer verantwoordelijkheden kan nemen tijdens gevechten.

Politie
Een derde van de instructeurs die onder het bevel vallen van Cone houdt zich momenteel bezig met de opleiding van Afghaanse agenten.

Het doel van zijn missie is om in al de 360 districten in Afghanistan een politietraining aan te bieden van 8 weken. Momenteel worden er pas in 20 regio’s trainingen verzorgd. Volgens Cone duurt het nog zeker vijf jaar voordat hij in alle districten actief is.

Volgens het Combined Security Transition Command-Afghanistan bestaat de Afghaanse politie momenteel uit meer dan 79.000 manschappen.

Verschillende NAVO landen, zoals Groot-Brittannië en de Verenigde Staten, hebben gezegd dat ze langdurig betrokken willen blijven bij Afghanistan. De NAVO zelf wil dat ook.

Maar de publieke steun voor deelname aan de ISAF missie is in veel landen niet groot te noemen.

Het persbureau Reuters haalt hierbij Canada en Nederland als voorbeeld aan, waar een harde oppositie is gevoerd tegen het besluit om de bijdrage van deze landen aan de ISAF-macht te verlengen.

Het is wel de bedoeling dat de Afghaanse overheid steeds meer taken zelf ter hand gaat nemen, iets wat “Afghanisering” wordt genoemd. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de buitenlandse troepen zich terugtrekken uit het land.

Desertie
De generaal zei verder dat er niet veel Afghaanse soldaten deserteren. Er zijn wel soldaten weg vanwege bijvoorbeeld familieomstandigheden. Door vervoersproblemen kunnen ze zich dan weer moeilijk melden bij hun onderdeel.

Dit viel een Nederlandse parlementaire delegatie die onlangs Uruzgan bezocht ook op. Van de 1.700 Afghaanse soldaten die er zouden zijn, waren er 1.200. De rest zou “in Kabul zitten”, of op dat moment deelnemen aan een operatie in Helmand, wat natuurlijk geheim kan zijn.

Cone zei dat Afghaanse soldaten vastberaden zijn om te vechten en ze risico’s willen nemen om hun land te verdedigen. De training voor de troepen vindt veelal plaats in de praktijk.

In Afghanistan woedt al dertig jaar strijd. Van 1979 tot 1989 was er een invasie van de voormalige Sovjet-Unie.

Toen Moskou zich had teruggetrokken uit het land raakten rivaliserende mujaheddien-bewegingen en milities met elkaar slaags om de macht. Deze groeperingen werden geleid door zogenoemde krijgsheren.

In 1996 wisten de Taliban de controle te krijgen over Kabul en op het moment dat de aanval door de VS-coalitie in oktober 2001 werd geopend beheersten ze ongeveer 90 procent van het land.

De Taliban leken binnen een paar maanden verslagen. Wanneer er in de jaren daarna gevechten werden geleverd met de Taliban was er meestal sprake van een “treffen met overblijfselen van de voormalige machthebbers”.

Maar volgens verslaggevers is de opstand van de Taliban de afgelopen twee jaar enorm in kracht toegenomen en beleeft Afghanistan momenteel de meest gewelddadige periode sinds de fundamentalistische moslimbeweging eind 2001 van de macht werd gezet.

Zie ook
Eerder deze maand verklaarde Zahir Azimi, een woordvoerder van het Afghaanse leger, dat de troepensterkte opgelopen was tot ruim 76.000 militairen.
Leger Afghanistan telt nu 76.000 manschappen

zondag 11 mei 2008

Leger Afghanistan telt nu 76.000 manschappen

De sterkte van het leger van Afghanistan is inmiddels opgelopen tot ruim 76.000 militairen. Na het historische akkoord van Bonn na de val van de Taliban in 2001 was het streven een Afghaanse troepenmacht op de been te brengen van 70.000 troepen.

Legerwoordvoerder Zahir Azimi zei zondag tijdens een gesprek met de pers dat het leger van zijn land nu bestaat uit 76.665 soldaten en officieren.

De NAVO gaf vorig jaar aan dat het doel was dat het Afghaanse leger eind 2008 uit 70.000 Afghaanse militairen zou bestaan. Deze doelstelling zou dus al zijn bereikt.

Maar het Afghaanse ministerie van Defensie zei vorig jaar dat 70.000 niet genoeg is om de veiligheid van het land te waarborgen.

De NAVO zei tijdens de topontmoeting in Boekarest van begin april dat ze Afghanistan wil helpen om een strijdmacht op te bouwen van 86.000 troepen. Azimi zei dat dit aantal in het midden van 2009 zal worden bereikt.

Eind vorig jaar zei het Afghaanse ministerie van Defensie dat er om de veiligheid in het land te garanderen behoefte is aan 200.000 manschappen.

Dit zou ook veel kosten besparen voor de buitenlanders, omdat 1 buitenlandse soldaat evenveel kost als 100 Afghaanse soldaten, werd toen gesteld.

Om de veiligheid in Afghanistan te garanderen en de grenzen te verdedigen moet het Afghaanse leger dus nog verdriedubbeld worden.

Het past allemaal in de strategie van "Afghaniseren": de Afghaanse staat moet voor zichzelf gaan zorgen.

Het Afghaanse leger ontvangt onder meer wapens uit de Verenigde Staten en wordt getraind door deelnemende landen aan de ISAF-missie die wordt aangevoerd door de NAVO.

Uiteindelijk is het de bedoeling dat het Afghaanse leger zelfstandig kan opereren en voor een veilig land kan zorgen. Dan kan de zogenoemde “exit-strategie” aanvangen en worden de buitenlandse soldaten teruggetrokken.

De regering van Afghanistan wordt ondersteund door ongeveer 65.000 buitenlandse soldaten. Dit zijn er ongeveer 47.000 van de ISAF-veiligheidsmacht en 18.000 van de internationale coalitie die door de Verenigde Staten wordt geleid.

De NAVO en de VS zeggen echter keer op keer dat er veel meer soldaten nodig zijn om de opstand van de Taliban die er heerst af te slaan.

Leden van een Nederlandse parlementaire delegatie die onlangs een bezoek brachten aan de zuidelijke provincie Uruzgan zeiden dat er daar 1.200 Afghaanse soldaten waren van de 1.700 die er behoren te zijn.

De overige 500 zijn "verdwenen". Ze kunnen ergens in Kandahar zitten, om hun soldij op te halen, en een andere mogelijkheid die werd genoemd is dat ze op dit ogenblik deelnemen aan operaties in de naburige provincie Helmand.

Ondanks dat de gezamenlijke legermachten nu op zijn sterkst zijn sinds de Taliban eind 2001 van de macht werden gezet, beleeft het Aziatische land volgens verslaggevers de bloedigste tijd in zeven jaar.

Volgens een telling van de Verenigde Naties vielen er vorig jaar 8.000 doden door de oorlog in het land. In 2006 waren dat er ruim 4.000.

Zie ook
Sterkte van het Afghaanse leger